Wednesday, January 24, 2007

Als de nood het hoogst is

Zaterdag 20 januari
de dag begint slecht voor mij (Krien). Ook in Cambodia is het te warm voor de tijd van het jaar en dat wil zeggen dat het hier te warm is i.p.v. gewoon warm. Vandaag is de luchtvochtigheid ook erg hoog. Resultaat: nog voor zonsopgang sta ik al nat in't zweet van het ophangen van mijn fietstassen...
Na een maagvullend rijstontbijt fietsen we naar Phnom Santuk. Een heuveltje in het voor de rest ollands plat landschap, met heel veel boeddha's. De reisgids omschrijft het als een religieus pretpark waar de Cambodianen dol op zijn. Het is er leuk: overal boeddha's, liggende, staande, met of zonder lichtjes achter hun hoofd, je vraagt het maar. Het uitzicht van op de heuvel is ook leuk, zeker als er ook een oude vrouwelijke monnik zonder tanden komt lachen voor op de foto. Ik geniet ervan. Enig nadeel: het is nog maar 10u en ik ben al compleet oververhit. Degenen die dat al meemaakten kunnen zich er wel iets bij voorstellen... We fietsen tot aan een Wat (klooster) waar ik recupereer door m'n kop in 't water te steken en te wachten. Dit natuurlijk onder het alziend oog van de monniken en hun leerlingen. Privacy is vaak ver zoek in Cambodia. Op zo'n moment niet altijd aangenaam.
Ik recupereer en om 14u kunnen we verder. Na heerlijke gebakken bananen lacht het leven mij weer toe en zou ik de ganse wereld in 1 dag rondfietsen... Rond 15u komen we in een stadje met een guesthouse. Het is er verschrikkelijk druk en en onder de guesthouse is een Cambodiaanse cinema: 3 tv's die tegelijkertijd opstaan, gelukkig maar 1 met -veel- geluid. Er zitten minstens 30 ijskoffieslurpende mannen. Ze gaan zo op in hun film dat ze zelfs geen oog hebben voor die twee fietsende vreemdelingen, raar. We vinden het toch niet dat en besluiten om verder te fietsen.
Volgens de kaart is er op 25 km nog een stadje, waarschijnlijk met een guesthouse. 25 km op 3 uur, dat halen we makkelijk. We slurpen onze ijskoffie leeg en vertrekken. Het gaat vlot: het is eindelijk koeler, de weg is goed, er is bijna geen verkeer en we genieten volop. We schieten ook goed op. In een klein dorpje stoppen we voor een nog een hapje en vragen we voor de zekerheid al naar een guesthouse. En inderdaad, in de volgende stad is er een. Goed gezind trapen we verder.
Tot opeens de mooie asfaltweg stopt. Van de ene centimeter op de andere verandert de weg in een opgebroken stenen weg. Geen kiezel of grind, maar dikke stenen kriskras over en naast elkaar. Er valt amper over te fietsen en er is zelfs geen beter strookje aan de rand. Aiai. Het wordt krap, we hebben nog een uur daglicht en nog 7 km te gaan. In normale omstandigheden is dat nog max een half uur fietsen...Nu niet meer. We vragen eens rond in het dorp of niemand ons onderdak wil bieden, maar iedereen verwijst naar het stadje. We rapen onze moeT bijeen en vertrekken terug, geen tijd te verliezen op dit moment. Na 10 min. zie ik het absoluut niet meer zitten, we halen amper 5km/uur, dat halen we nooit voor den donker. Het moet er even uit en ik laat een enorm luide vloek waarin ik alles effe stevig vervloek...De tranen staan in m'n ogen.
Op dat moment passeren twee zussen. Nadat ze bekomen zijn van het verschieten (Cambodianen tonen nooit emoties) vragen ze of we een slaapplaats zoeken???
Het duurt welgeteld 0,5 sec om ja te zeggen! Blijkbaar stonden we net voor hun eigendom: een grote fruitplantage met een groot huis, het blijkt een welgestelde familie. De 'mama' begroet ons met veel warmte en zorg. Ze nemen zelfs onze fietsen uit onze handen en duwen die zelf verder. De mama kijkt bezorgt naar mijn rode en bezwete kop (die nochtans redelijk was). We krijgen direct een hapje fruit, een rondleiding in de boomgaard en propere 'sarongs' voor na de wasbeurt.
Als het donker wordt verhuizen we naar binnen, waar we de enige afgescheiden kamer in het huis krijgen en nog een maaltijd. De familie verwent ons als koningen. We verschieten wel: het is duidelijk een welgestelde familie, maar de inrichting van het huis is pover: enkel drie bedden. Eten doen we op de grond, er is geen tafel of er zijn geen stoelen. De keuken is buiten onder een afdak... Slechts een van de twee zussen spreekt 5 woorden Engels, maar het is gezellig! Als we in bed liggen horen we hen nog zeker een uur navertellen en horen we telkens opnieuw 'hello' en 'krien'... Blijkbaar had ik gevloekt nadat de ene zus hello zei, maar dat hoorde ik toen natuurlijk niet.
Na een heerlijke nacht staan we fris op. Maar vertrekken gaat niet vanzelf natuurlijk. De moeder adopteert ons als haar dochters (sorry ma en moeke) en laat ons niet vertrekken na een noedelsoepontbijt, En een bezoekje aan de winkel van haar dochter. De dochter is een schoonheidsspecialiste. Kan je het al raden? We krijgen een volledige nagelverzorging. Ziehier het resultaat:
Na veel dankuwels beginnen we aan onze volgende fietsdag. Er was inderdaad een guesthouse in het volgende dorp, maar de weg was nog lang... Dus als de nood het hoogst is, is de redding nabij, bewijs nummer zoveel...


Stuiterasfalt en streekproducten

Vandaag is onze laatste dag in Cambodia. Het is ons hier te warm; om 11 uur stijgt de temperatuur hier boven de 30C en dat is net iets teveel voor ons. Het is dan wachten tot het weer wat afkoelt voor we weer de fiets op kunnen.

Vanmorgen hebben we nog eens genoten van 30 km stuiterasfalt. Het begrip was ook voor ons nieuw toen we het in een Nederlands fietsboekje lazen. Maar zodra je op stuiterasfalt zit weet je meteen wat het is! Op het eerste zicht lijkt het een mooi wegdek, tot je er op fietst, je bibbert gewoon van je fiets. Gelukkig zijn niet alle wegen van dit type. De grote wegen (en dus ook die met veel verkeer) zijn meestal in redelijke staat en fietsen aangenaam vlot. Als kleinere wegen geasfalteert zijn, is het opletten geblazen. Dan riskeer je stuiterasfalt gecombineerd met potholes en andere ongeregeldheden. We hebben er intussen ook 120 km durtroad opzitten! Qua verkeer valt dat gelukkig mee want iedere keer als er iemand voorbijrijd krijg je een stof douche over je. Gecombineerd met zweet geeft dat een mooi effect...


Streekproducten moet je in Cambodia erg letterlijk nemen. Je kan je wel voorstellen dat vis ofzo alleen te verkrijgen is in de buurt van water maar hier geldt dat voor wel erg veel producten. Zo zagen we vandaag plots op 100 meter, een tiental stalletjes met vispakjes en gevulde bamboe; dingen die we nog nooit eerder tegen gekomem waren. En zo gaat het met alles: steenkappers, rietverkopers, krekel snoepjes, specifieke vruchten enzovoort. Als je iets ziet wat je wil kopen of proeven moet je direct beslissen. De kans is groot dat je een paar kilometers verder het product niet meer vind.



Gelukkig zijn er ook nog producten die je overal kan krijgen. Ijs bevoorbeeld; dat vind je zelfs in het meest afgelegen dorp ook al hebben ze nog nooit van een diepvriezer of koelkast gehoord. Ijs wordt ergens centraal gemaakt in grote klompen van 2 meter op 30*30 cm en dan over gans het land vervoert. Als toerist kan je dus (gelukkig) met een gerust hart iets met ijs eten. Je moet er alleen niet bij nadenken door hoeveel handen het gegaan is voor het in je eten of drinken terecht komt.

Morgen nemen we de bus naar de grens met Laos. Een nieuw land met andere mensen, andere cultuur; het zal weer effe aanpassen worden.

Wednesday, January 17, 2007

Fotookes

En de toeter blijft populair!

Je ziet het, we waren niet alleen aan de tempels. En probeer maar eens een bus jappen NIET op de foto te krijgen...


Waauw!


Waauw! Het enige woord dat een beetje in de buurt komt om het gevoel te beschrijven na drie dagen rondfietsen in het Angkor tempelcomplex. Echt ongelofelijk hoe groot en hoe mooi de tempels zijn, echt een `wereldwonder`. We fietsten ongeveer 147 km en zagen misschien de helft van alle tempels... We pikten de mooiste er uit, volgens de boekskes toch: Angkor Wat, Angkor Thom, Ta Phrom en Banteaey Srei en nog een waarvan de naam mij ontsnapt. Ta Phrom is grotendeels overwoekerd door bomen, wat een speciaal effect geeft. De overige tempels schitteren door de details van de versieringen. Je kan er naar blijven kijken...
Dus, als je ooit in de buurt komt: zeker doen!

Maar doe dan aub niet zoals de meeste toeristen hier. Ze lopen max. drie dagen rond in Angkor en vertrekken dan weer uit Cambodia. Zonde voor de rest van het land en vooral voor de mensen.
Het stadje Siem Reap ligt vlakbij het tempelcomplex en is er voor en door de massa's toeristen die hier passeren. Alles vind je hier, kleine guesthouses, megasjieke hotels met golfcourt en 'spa' voor de madammen, kleine eetkraampjes op de markt en trendy restaurants. Er is hier zelfs een Muntstraat, maar dan breder en ook afgesloten voor het verkeer. Het doet nogal Westers aan... Zelfs de landmijnslachtoffers organiseerden zich op z'n westers. Slim gezien. I.p.v. elk op zich te bedelen, maken ze kleine muziekgroepjes en zetten ze zich op strategische plekken: bij de ingang van een tempel of in de Muntstraat. Het geeft ons ook een beter gevoel. Een bedelende mens is altijd confronterend en lastig om voorbij te lopen. Je kan immers niet aan allemaal iets geven. Want je hebt dan ook nog de kinderen die met postkaarten enzo leuren. We proberen een goed evenwicht te zoeken tussen iets geven aan degenen die geen andere keuze hebben en de anderen voorbij te lopen. Niet simpel.

Toilet en douche perikelen

Toiletten, je zou denken dat je er met twee types (het franse en het engelse toilet) van af bent. Hier in Cambodia is de variatie veel groter.
Vanonder aan de ladder begin je met type 'jungle': gewoon in het veld, achter de boom of achter een rots. Altijd spannend of je nadien toevallig geen mier of ander insect in je slip hebt zitten.
Het volgende type is het echte cambodiaanse toilet; dit vind je vooral op het platteland. Een stenen gebouwtje met 1 of meerdere toiletten. Elk toilet bevat een franse pot en een betonnen bak met water en bijhorend plastic bakje. Dat laatste word je veronderstelt te gebruiken voor zowel je poep als de pot.

In de goedkopere hotels wordt de franse pot vervangen door een engelse pot (weliswaar zonder spoelbak) en de betonnen bak door een platic emmer. Meestal is er ook een mini douche knop voorhanden. Ik heb die wel eens geprobeerd en vond het nogal friskes, vooral nadien met je natte kont in je slip...

Intussen zitten we in Siem Reap en worden de toiletten er westerser op. Gewone engelse potten met spoelbakken dus. Ze blijven wel vast houden aan een zeer vreemde gewoonte. Zoals elke klassieke hotelbadkamer heb je ook hier een lavabo, toilet en douche. Alleen is de douche hier geen afgescheiden geheel en staat de doucheknop ( de echte dan) steevast schuin boven het toilet. Voor je wil douchen moet je dus eerst het toilet papier in veiligheid brengen. En als de een is gaan douchen moet de volgende dus op een nat toilet... Ach het went wel..
Hoe de badkamers er uit zien in de 5 sterren hotels van Siem Reap? Geen idee, we wachten op sponsors...

Thursday, January 11, 2007

Faute toeristen

Woensdag 10/1

Zoals gewoonlijk staan we met (of zelfs voor) de zon op en genieten we van de mooie zonsopgang. We hebben de nacht doorgebracht in Ream National Park (park aan de zee). De bungalow aan het strand die ze ons beloofde, bleek een kamer te zijn in een houten paalwoning van de parkwachters. Toen we aan kwamen hebben ze snel een van de twee kamers een beetje schoongemaakt. We hadden het ons net iets anders voorgesteld.

Als ontbijt moesten we het stellen met instant noodle soep. Gelukkig hadden we de avond ervoor onze buiken goed gevuld met een halve kilo verse krab, voor ons gepeld door de kokkin. Een ‘dinner by candle light’(letterlijk) samen met de mensen van de ‘fishing village’. Een hemelse maaltijd!

Na een wandeling door de jungle (stel je er niet te veel bij voor) nemen we de boot terug naar de park headquarters waar we onze fietsen hebben achter gelaten. We zoeken nog wat eten en springen de fiets op voor 20 km naar Sihanoukville. Deze keer gaan we echt voor een bungalow aan het strand.

Eerst overwinnen we onze eerste Cambodiaanse bergen om in een drukke stinkende havenstad te belanden. We vluchten naar de ‘ beach’. Helaas, van het strand met enkele hotels dat in onze reisgids beschreven staat schiet niets meer over! Het is nu de oude markt van Leuven geworden in het begin van het studentenjaar op een donderdag avond. Maar dan met hotels achter elke bar. Het strand is niet meer dan een strookje van 1 meter. Het loopt hier vol trienekes in bikini, stoere gasten in zwemshorts en would-be hippies. S’avonds lijkt het wel een kermis door alle lichtjes en voelen we ons eerder in Las Vegas. Ons budget laat een bungalows niet toe…

Met onze afritsbroeken en vuile outdoor shirts voelen we ons vreselijk fout! Na een westers dinner ( er was niks anders) gaan we naar bed met een kater. Jammer genoeg niet van de Angkor maar wel door de cultuurshock!

Hello!



Fietsen in Cambodia, het gaat als volgt:




Je stapt op je fiets en nog voor je vertrokken bent, klinkt er al een 'hello'. Onderweg hoor je 'hello' uit alle windrichtingen. Soms hoor je zelfs een 'hello' en weet je begot niet waar ie vandaan komt: uit het Khmerhuis aan de kant, uit het rijstveld 300m verder of, vanop de brommerkar die hier dienst doet als openbaar vervoer? Of was het die schooljongen die de lucht uit z'n longen trapte om ons in te halen?




Vaak is het heel duidelijk en gaat de 'hello' gepaard met een ongelofelijke en allerschatigste glimlach, hoe jonger hoe schattiger natuurlijk. Kindjes komen soms van honderd meter ver aangelopen om 'hello'te zeggen of, als ze zich niet kunnen verplaatsen, roepen ze zich schor tot je hun 'hello' beantwoordt.


Want zo werkt het: het gehello stopt pas als je 'm beantwoordt...


Best wel grappig fietsen eigenlijk. Alleen als we even moe zijn, of honger hebben, lukt het niet altijd om even enthousiast terug te roepen... Dan bellen of toeteren we maar. Mijn (Krien) roze toeter van De Central is trouwens een voltreffer! Gisterenavond kon zelfs de nachtwaker van ons guesthouse het niet laten om eens te toeteren... Ik dacht al dat ze de fietsen wilden pikken.






Als fietsende mens krijg je vaak honger. Geen probleem in Cambodja, van zodra er 5 hutten samenstaan is er een waar je iets kan eten. Zoals die middag, onderweg tussen Takeo en Kampot. Het was half twaalf, tijd om te stoppen voor de zon en om een hapje te eten. We stopten aan een stalleke waar kookpotten stonden en waar mensen zaten te eten. Zoals gewoonlijk kregen we een warme welkom en een glas ijsthee voor onze neus. Heerlijk.



Niemand kon Engels, maar wijzen naar wat je wil eten, lukt ook, dus we wezen naar wat zij aten. Er gebeurde niets, allee tis te zeggen, in het restaurant. Alle kinderen van het dorp verzamelden zich intussen rond onze tafel en fietsen en vergaapten zich aan ons. Zeggen dat er niets gebeurde klopt dus niet helemaal...




We wezen nog eens naar de pot rijst en de visjes die er lekker uitzagen en het enige wat gebeurde was dat het meisje een beetje met haar hand wapperde en iets zei wat we natuurlijk niet verstonden. Na veel vijven en zessen nam de oudste vrouw het initiatief en gaf ons eten . Het was heerlijke vis met gember, mmm. Na een tijdje kwam er een jongen langs die een beetje Engels kon. Hij vertelde ons dat het een ontbijtrestaurant is en dat ze geen middagmalen serveren. Oeps. Het schaamrood stond op onze wangen, ze deelden hun eigen maaltijd met ons. Toen we wilden betalen, wilden ze niet, maar we voelden ons zo geambeteerd dat we toch wilden betalen. 1 Dollar. Lijkt niets, maar dat is de prijs voor een middagmaal onderweg.

Na veel bye bye's en orkoon's (dankjewel) fietsten we verder...

Wednesday, January 3, 2007

hoe het smaakte




Phnom Penh, 1 januari 2007, 16u plaatselijke tijd.


Zie hier hoe het smaakte. Let niet te hard op de suffe koppen ;-) In het echt zitten we recht maar we zijn nog niet zo'n handige bloggers.






Helaas, het bier stond niet koel en kwam dus met ijsblokjes in het glas. aiai. Maar het smaakte! Net zoals het eten hier in Phnom Penh. Het lijkt alsof we iedere keer in de Via Via zitten, alleen de temperatuur en achtergrondgeluiden zijn ietsie anders.


Nancy, superbedankt voor de tip van de Boddhi Tree. Het is een oase van rust in het midden van een door brommertjes geteisterde stad. De straat oversteken kan je vergelijken met de ring van Brussel oversteken in de spits (als ze niet stil staan). Voetpaden bestaan (soms), maar dienen om een auto op te parkeren. Verkeerslichten bestaan ook, maar de kleurtjes zijn vrij interpreteerbaar...




Morgen proberen we met onze fiets veilig uit deze drukte te ontsnappen en fietsen we richting kust, op de route nationale nr.2.


Oudjaar op het vliegtuig

We hadden het ons iets anders voorgesteld... Op de 20 stoelen rond ons zaten minstens 10 kinderen onder de twee jaar die zich een voor een lieten horen tijdens de vlucht. Veel rusten was er dus niet bij. Tegen 24 uur zaten we zo groggy als iets met ontbijt in onze stoel. De champagne waren ze blijkbaar vergeten in Brussel. We wensten elkaar nieuwjaar met een croissantje. Da's eens wat anders. De eerste uren van 2007 hebben we in een soort trance (lees zombie) doorgebracht op een luchthavenstoeltje in Ho Chi Minh City, Vietnam. Maar we hebben het er voor over!!!